Grootmoeders internetwijsheid 10
Soms ga ik een uurtje “mensen kijken” op Facebook. Even op een onschuldige manier mijn nieuwsgierigheid naar andere mensen bevredigen. Niets bijzonders, even kijken wie er wat op wiens prikbord schrijft. Dat soort dingen. Bij voorkeur bij wildvreemden.
Maar met alle privacyschandalen die Facebook heeft doorgemaakt, lijkt het alsof steeds meer Facebookprofielen vrijwel helemaal dicht staan. Voor mijn nieuwsgierigheid is dat natuurlijk jammer, maar verder is het een goede ontwikkeling: je hebt het recht je informatie af te schermen als jij dat wil. En klaarblijkelijk weten steeds meer mensen de juiste knopjes te vinden.
Probleem bij Facebook is alleen, dat afgeschermde informatie soms alsnog bij adverteerders terecht komt. En hoe dan ook wordt afgeschermde informatie gebruikt voor het bepalen van al die variabelen over jou die worden voorgeschoteld aan adverterende bedrijven. Waarbij één van die variabelen bij een afgeschermd profiel dan vast wordt: “is privacybewust”. Maar of dat je doel was bij het aanpassen van je instellingen?
Daarom grootmoeders internetwijsheid nummer 10:
De enige echt goed afgeschermde privé-gegevens zijn de gegevens die niet ergens op een profiel of in een database staan.
Want anders kan het zomaar zijn dat je je scherm de verkeerde kant op hebt staan: kunnen onschuldige, nieuwsgierige mensen zoals ik niets meer zien, maar hebben de grote infograaiers nog steeds een vrije blik op jouw privéleven. En dat is vast niet de bedoeling.