Kastjes en knopjes

In de serie “internetkennis” een eerste post. Wat moet iedereen weten op hardwaregebied? Ik moet meteen bekennen dat ik dit een lastige vind. Wat is echt essentiële kennis om (redelijk veilig) te kunnen internetten?

Vergelijk het maar met autorijden: moet je weten wat bougies zijn om te kunnen autorijden? Of stoplichten? Of de versnellingspook? Ik kan me voorstellen dat autorijden zonder te weten wat een stoplicht is, problemen gaat geven. Terwijl je prima het verkeer in kunt zonder ooit een cilinderkop te hebben gezien.

Ik denk dat voor internet net zoiets geldt. Alleen is de grens minder duidelijk. Er zijn waarschijnlijk miljoenen mensen op internet te vinden zonder basale kennis van hoe het technisch werkt, die toch niet verongelukken. Dat vind ik zelf niet verantwoord, dus ik stel mijn grens ietsje hoger.

Persoonlijk vind ik dat je minimaal (ongeveer) moet weten wat een router is en wat servers zijn. Als je dan ook nog weet dat internet deels over kabels loopt en deels door de lucht, denk ik dat je al een heel eind bent. En dan ga ik er even vanuit dat je weet wat een pc of laptop is.

Voor de uitleg van het begrip router kan ik natuurlijk gewoon doorverwijzen naar Wikipedia, maar dat is meteen een vrij technisch verhaal met in zin twee een vermelding van de OSI-layers. Dat lijkt me voor een gewone internetgebruiker echt teveel informatie. De meeste mensen hoeven eigenlijk alleen maar te weten dat een router twee netwerken aan elkaar knoopt, zoals hun netwerkje van alle computers in hun huis en de rest van het internet.  En dat hun router het kastje is dat de uitgaande informatie bundelt en verstuurt “het grote web op” en de inkomende informatie doorstuurt naar computer, laptop of ander apparaat dat erom gevraagd heeft. En dat dat doorsturen naar de apparaten binnen het huisnetwerk kan via een kabel of -bij een router met draadloze verbinding- via de lucht.

Dan nog het onderscheid tussen draadloos internet in huis en buiten: Draadloos internetten kan ook via umts, hsdpa, gprs of wap (bijvoorbeeld met je mobiele telefoon of laptop onderweg). Dan maak je geen contact met de router in je huis, maar met een zendmast, die vervolgens fungeert als router om inkomend en uitgaand dataverkeer te versturen.

Voor wat betreft het begrip server zou ik denk ik volstaan met de melding dat servers snelle computers zijn met veel opslagcapaciteit, die gebruikt worden voor bijvoorbeeld de opslag van websites (hosting). Waarschijnlijk is het ook wel handig voor het begrip om te vertellen dat servers diensten verlenen, vandaar de naam. En dat dat diensten kunnen zijn op het gebied van opslag (zoals de opslag van de bestanden die samen een website kunnen vormen), mailverkeer of toepassingen.

Met deze basiskennis van hardware kan volgens mij verder gebouwd worden aan meer begrip. En het zorgt ervoor dat mensen zinnen begrijpen als: “Waarschijnlijk ligt het aan de router-aanstellingen” of “Server niet bereikbaar”.

Maar misschien denken anderen hier wel heel anders over. Dus reacties zijn zeker welkom.

Als ik geheim agent was…

Stel, weer een land met een repressief regime. Je bent jong en ambitieus, dus heb je je aangemeld voor overheidsdienst. Na een langdurige en zware selectie ben je uitverkoren om bij de geheime dienst te mogen werken. Je bent blij: goed salaris, interessante vooruitzichten en altijd werk. En altijd op de hoogte van de laatste nieuwtjes!

Nu heb je te maken met dreigende opstanden tegen de machthebber. Je gokt erop dat de opstand het niet gaat redden en ziet kansen op promotie als je nu de juiste dingen doet.

Je bent jong, dus je weet dat veel van je leeftijdsgenoten op Twitter en Facebook zitten. Je hebt het idee dat je daar wat mee kan. Maar hoe pak je dat aan?

Allereerst maak je natuurlijk een paar Facebook-pagina’s aan voor niet-bestaande personen, die je met elkaar laat linken om ze wat geloofwaardigheid te geven. Je plaatst wat foto’s en wordt fan van wat (verboden) schrijvers en mensenrechtenorganisaties. Op de Facebookpagina’s zet je voorzichtig wat kritiek op het regime. Je zet opmerkingen bij anderen op hun “wall”, doet wat vriendenverzoeken bij potentiële opstandelingen en bouwt zo in rustige tijden aan street credibility. Natuurlijk koppel je ook een Twitteraccount aan je Facebook, waarop je in bedekte termen afgeeft op het regime.

Dan barst het los. Overal in het land grote opstanden. Jongeren die via Facebook en Twitter elkaar op de hoogte houden.

Meteen registreer je een website in het buitenland waarop je zoveel mogelijk informatie over de demonstraties gepost. Je linkt ernaar vanuit je Facebook-profiel, je Twitter (met een RT pls erbij) en je vraagt iedereen datzelfde te doen. Vanuit je werk heb je natuurlijk alle inside informatie over de gebeurtenissen. Een klein deel hiervan gebruik je om nog meer bezoekers te trekken. Het lokaas werkt: binnen no-time ben ben je een onmisbare nieuwsbron. Iedereen verzamelt zich op je site. Ook veel buitenlanders en buitenlandse media, maar goed, die filter je wel weer.

Je bouwt razendsnel een provisorisch besloten gedeelte bij je site. Mensen kunnen registreren met hun e-mailadres of Facebookprofiel. Op dat besloten gedeelte kunnen mensen vertrouwelijk informatie delen over waar ze elkaar gaan ontmoeten en wanneer. Om twijfelaars over de streep te trekken, biedt je ingelogde mensen een mogelijkheid om “anoniem” berichten te versturen naar media en familie. Langzaamaan verplaatst de belangrijke informatie zich naar het besloten gedeelte. Nog meer mensen melden zich aan. Je weigert mensen die anoniem proberen te surfen met een VPN– of TOR-verbinding “want je wil voorkomen dat overheidsdiensten infiltreren”.

Het leger grijpt in op straat, de opstand is voorbij. Maar jij, jij hebt een gouden toekomst voor je. Want jij hebt in je eentje alle namen, e-mailadressen, ip-adressen en -via Facebook- allerhande andere persoonlijke informatie verzameld van een groot deel van de opstandelingen. De verantwoordelijken en oproerkraaiers kunnen worden gestraft, de rest zal nooit meer aan de blik van de geheime dienst ontkomen.

Je baas zal trots op je zijn…

(Losjes geïnspireerd op We are all Khaled Said op Facebook en de bijbehorende website – waarvan ik verder geen enkele aanwijzing heb dat het door de Egyptische geheime dienst is gestart.)

Edit: inmiddels heeft de Egyptische overheid hun eigen Facebookpagina gemaakt. Maar dat is nog geen succes.

Opstandig op Facebook

Stel, je bent jong en je woont in een land dat zucht en steunt onder een repressief regime. Je hebt geen baan, geen eigen huis, weinig geld, maar wel internettoegang. En accounts bij Facebook en Twitter.

Vervolgens breken her en der in de regio waar je woont protesten uit tegen de machthebbers. Jij wil ook graag betere vooruitzichten, dus je sluit je aan. Op je Facebookpagina geef je door waar er demonstraties zijn en hoe je arrestaties kunt voorkomen, via Twitter hou je mensen op de hoogte waar je bent en hoe de demonstraties verlopen. Je voelt je onderdeel van de geschiedenis en bent optimistisch over de toekomst.

Het regime sluit als reactie daarop het internet af, maar de protesten gaan door. Je vindt omwegen om toch je berichten de wereld in te sturen.

Maar dan doet de machthebber wat toezeggingen over toekomstig aftreden en grijpt het leger in. Met geweld worden de opstand onderdrukt. Je teleurstelling en woede zijn grenzeloos. En bovenop je wanhoop staat binnen een week de geheime dienst bij je op de stoep. Je had wel een e-mail gekregen van Twitter dat je gegevens zijn opgevraagd, maar daar zou je tegen in bezwaar gaan. Helaas was Facebook minder idealistisch. Privacy bestaat toch niet?

En zo eindig je, idealistisch als je was, in de cel wegens opstand tegen het regime. Je hebt gebruik gemaakt van de verkeerde kanalen. Sociale media zijn handig, maar misschien niet voor gebruik bij een opstand tegen een dictatuur.

Edit maart 2011: Ook Amnesty waarschuwt voor de gevaren van het gebruik van sociale media bij opstand.

Too good to be true…

Grootmoeders internetwijsheid 5

Als een aanbieding te mooi lijkt om waar te zijn, is het waarschijnlijk ook niet waar. (Met dank aan PepijnJ)

Iedereen krijgt wel eens een mailtje dat één of andere prinses in een Afrikaans land specifiek JOUW bankrekening wil gebruiken om haar erfenis te stallen. In het echte leven lach je hartelijk en loop je door. En gelukkig doen de meeste mensen dat online ook. Maar toch zijn er altijd mensen die er online wel intrappen, terwijl ze dat elders nooit zouden doen. En die met liefde een paar duizend euro overmaken om later die miljoenen te kunnen ontvangen.

(Daarentegen heb je ook mensen die er hun hobby van maken om dit soort oplichters in de maling te nemen en hun verhalen op internet te zetten, zoek hiervoor naar scambaiter in combinatie met 419 of advance fee fraud en lees vooral ook de tips om zelf scambaiter te worden! Maar dit terzijde…)

Ook op Marktplaats en andere handelssites worden mensen regelmatig opgelicht, omdat ze hun hebzucht niet kunnen bedwingen. Nieuwe computerspelletjes of de hipste mobiele telefoons voor veel minder dan in de winkel en toch gaan er geen alarmbellen af. En dan heel verbaasd zijn dat er niets geleverd wordt.

In deze categorie vallen ook de gewonnen loterijen uit de banners in internetwijsheid 1. Hebzucht is klaarblijkelijk een sterke emotie, waar we graag aan toegeven. Terwijl we eigenlijk wel weten (of zouden moeten weten) dat de kans dat zoiets gebeurt verwaarloosbaar is.

Eigenlijk is er maar één goede oplossing voor: niet meteen toehappen, zoek eerst de gegeven informatie na! Gooi alle bekende informatie in een zoekmachine naar keuze en kijk wat eruit komt.

Op sites als OpgelichtOpInternet.nl worden alle gegevens van internetoplichters verzameld, zodat je kunt zoeken op namen, telefoonnummers en bankrekeningnummers. De meeste advance fee fraud wordt ook online beschreven. Dus tenzij jij de eerste bent waarop ze een kunstje proberen, is het slim om gebruik te maken van de ervaringen van anderen.

En als dit alles geen resultaat geeft, maar je houdt een slecht gevoel, vertrouw dan op grootmoeders internetwijsheid.

Disclaimer: handelen via internet gaat bijna altijd goed, vooral als een product een redelijke prijs heeft en de handelaar nergens vermeld staat als oplichter. En sommige oplichters gebruiken juist normale prijzen, dus ook niet elk slachtoffer van internetoplichting is blind achter zijn hebzucht aangelopen. Voor ik boze commentaren en bange lezers krijg…

Informatie-incontinentie

Grootmoeders internetwijsheid 4

Naar aanleiding van deze serie kreeg ik een reactie via Twitter over de verschillende doelen van sociale mediasites:

Twitter: ik moet plassen. Facebook: ik heb geplast. Foursquare: hier plas ik. Youtube: bekijk deze plas! LinkedIn: ik kan heel goed plassen.

Deze moet natuurlijk wel wat veralgemeniseerd worden voor het dienst mag doen als grootmoeders wijsheid. En nu twijfel ik wat ik ervan ga maken. Ach, kies zelf maar.

Optie 1: Als je last hebt van informatie-incontinentie, dan kun je op internet overal je plas doen. Maar het is slim om je plas zo af en toe op te houden, want op de meeste informatie zit niemand te wachten (behalve misschien identiteitsdieven).

Optie 2: Als je last hebt van informatie-incontinentie, dan kun je op internet overal je plas doen. Heerlijk toch? Geniet ervan!

Ik ben benieuwd hoe over een paar jaar de vlag erbij hangt. Over een paar jaar iedereen alle persoonlijke informatie online? Of juist veel minder dan nu?